donderdag 30 december 2010

Een hekel aan boer zoekt vrouw?

Een hekel aan boer zoekt vrouw?
Door E. 30 december 2010 ©


Een (nog lang niet?) uitgemolken programma over boeren die een vrouw zoeken. Seizoen vijf van dit immens populaire - maar ó zo verschrikkelijke - realityprogramma is inmiddels al enkele uitzendingen onderweg. Miljoenen mensen kijken ernaar. Het is al jaren achtereen het meest populaire programma op de Nederlandse televisie. En ik? Ik háát het programma en ik háát Yvon Jaspers. Eigenlijk vind ik Yvon pas een verschrikkelijk takkewijf sinds ze dat programma is gaan presenteren. Ik haat Boer zoekt Vrouw, zoals Gargamel de Smurfen haat.

Vroeger vond ik het heerlijk om op maandagochtend niet mee te hoeven en kunnen praten over de zogenaamde liefdesperikelen van de boeren, maar vanaf dit seizoen kijk ik ook. Mijn vriendin komt van een boerderij en ik kom er met geen paard en wagen onderuit om dit seizoen ook maar een uitzending te missen. De ultieme opoffering is vereist in een relatie...

Ook ik praat nu op maandagochtend mee over de boeren uit Boer zoekt Vrouw. En wat ik van het programma vind? Ik vind het kut, ik erger me aan Yvon, aan de boeren en vooral aan de briefschrijvende hellevegen die graag op een boerderij willen wonen. De haren op mijn armen gaan uit ergernis al overeind staan op het moment dat ik mijn stukje tik. Waarom ik kijk? Ik weet het niet. Wellicht omdat ik moet, maar misschien ben ik ook wel een beetje sadomasochistisch ingesteld. Als Rotterdammer blijf ik op zondagavond namelijk ook nog gewoon naar Studio Sport kijken.

Hoe loopt het allemaal af met die boeren? Ik zal het hier vertellen zodat u uw zondagavond vanaf nu een nuttige invulling kunt gaan geven. Lompe boer Richard valt op Maxima. Een verschrikkelijk vies geplamuurd hoerenwijf, dat over lijken gaat om Richard te veroveren en dat zal dan ook wel gebeuren. Boer Frank kan elke vrouw krijgen die hij wil, maar zal uiteindelijk naar huis gaan met Anita, die bij hem in het dorp woont (vooropgezet?). Melkveehouder Gijsbert - de enige leuke boer die meedoet - kiest voor Yvonne, maar ik hoop stiekem dat het Femke wordt, terwijl het mij eigenlijk geen reet zou moeten uitmaken. Raak ik dan toch ook verslaafd?

De laatste boer die ik hier behandel is boer Marcel. Bah, een vunzige engnek met dat verschrikkelijk zijige stemmetje en dat achterlijke accent van hem. Een man met een (kinder?)boerderij waaraan ik mijn kinderen nooit van mijn leven zou toevertrouwen, mocht ik ze ooit krijgen. Bij elke vrouw begint-ie meteen over kinderen te zaniken. Hij neemt nog net geen prenataal onderzoek bij ze af. Ik weet niet of die man op zoek is naar een vrouw, of juist uitsluitend naar kinderen - het liefst van Poolse afkomst (want daar schijnt-ie wel heel erg van te houden).

Tenslotte hebben we nog een boerin. Kaasboerin Annemarie, gezegend met een flinke lengte en een dito neus, die erg op schuurfeesten geilt. Heel veel anders heeft ze althans nog niet te melden gehad. Met wie zij naar huis gaat? Ik weet het nog niet. Maar Johannes, die suffe kerel zonder zwem- en strikdiploma, gun ik wel een vrouw.

Er is niemand die zo'n verschrikkelijke hekel aan dat programma heeft als ik en er tegelijkertijd zo veel vanaf weet (lul dat ik ben). De laatste uitzending van Boer zoekt Vrouw zal ergens in februari 2011 plaats gaan vinden. Jippie, zondag weer een uitzending. Even doorbijten nog.


E.

dinsdag 28 december 2010

Timmertje, Timmertje, wat ga je doen?

Timmertje, Timmertje, wat ga je doen?
Door E. 28 december 2010 ©


De titel slaat natuurlijk op de legendarische woorden die commentator Frank Snoeks uitsprak tijdens de nog legendarischer race van Marianne Timmer op de Olympische Spelen van Nagano in 1998. Marianne versloeg topfavoriete Chris Witty en pakte goud op de 1.000 meter. Later, tijdens diezelfde Spelen, versloeg ze op de 1.500 meter de onverslaanbaar geachte Duitse alleskunner Gunda Niemann. Er is een ster geboren op 3 oktober 1974 en zij komt uit Sappemeer. Alleen wisten de meesten dat toen nog niet.

In 1997 pakte Timmer goud op de 1.000 meter bij de WK-afstanden in Warschau, voor Sandra Zwolle (wie kent haar nog?) en Franziska Schenk. Op de 1.500 pakte ze de bronzen plak. Meer dan een goede prestatie. Maar tijdens de Spelen in 1998 ging ze niet als gedoodverfde favoriete van start. De laatste sprintster van enige importantie voordat Timmer het podium betrad, was Christine Aaftink. Aaftink hikte tegen de wereldtop aan, maar op internationaal niveau heeft ze het nooit echt kunnen maken. En Aaftink had in mijn optiek nog een nadeel. Ze kon bij de Olympische Spelen wel een keer vierde worden, maar als ik haar zag schaatsen, leek het wel of ze achteruitging. Zo langzaam oogde het. Maar Marianne ademt een en al snelheid, ook als het langzaam gaat. Een genot om naar te kijken.

Met Timmer aan de top brak een nieuwe periode aan. Onder impuls van Rintje Ritsma werd vanaf 1995 het schaatsen geprofessionaliseerd en verder vercommercialiseerd. Ook de klapschaats deed vanaf 1997 definitief zijn intrede, waardoor een regen aan records uit de boeken werd gereden. Marianne heeft hiervan de vruchten geplukt. Van een mooie giechelige, ietwat onzeker ogende, jonge meid groeide Timmer uit tot vaandeldrager van de Nederlandse schaatssport en woordvoerder van haar eigen schaatsploeg. Na de Olympische Spelen van 1998 brak een periode aan waarin Timmer wel presteerde, maar niet alle verwachtingen volledig kon inlossen. Op de Olympische Spelen van 2002 in Salt Lake City behaalde zij weliswaar een vierde plaats op haar 1.000 meter, maar een vierde plaats is de meest ondankbare, zo hebben we vele atleten al horen zeggen.

Het duurde tot 2004 voordat Timmer weer een mijlpaal bereikte. Wederom in Nagano werd Marianne de eerste Nederlandse vrouw die de WK-sprint won. In het klassement eindigde ze voor haar vriendin Anni Friesinger en de Amerikaanse Jennifer Rodriguez. Het jaar 2005 was er een met minder succes, maar het jaar daarop - een Olympisch jaar - zou wederom het jaar van Timmer worden.

In 2006 vonden de Spelen plaats in Turijn. Het toernooi begon dramatisch voor Timmer. Zij veroorzaakte op de 500 meter namelijk twee valse starts en kon inrukken zonder een meter te hebben geschaatst. Met tranen in de ogen verliet zij de baan, maar haar tijd zou nog komen. Later tijdens dat toernooi deed Timmer mee aan de 1.000 meter. Zij was wederom niet getipt als winnaar en zij startte eerder dan alle favorieten. Alle dames beten zich echter stuk op de tijd van Timmer. Met een tijd van 1:16.05 bleef ze Cindy Klassen vier honderdsten voor en Anni Friesinger strandde op negen honderdsten op het brons.

Na Turijn stonden er andere Nederlandse sprintsters op. Dames als Annette Gerritsen en Margot Boer eisten nu de hoofdrol voor zich op. De prestaties van Timmer liepen terug, maar haar droom was om afscheid te nemen tijdens de Olympische Spelen van 2010 in Vancouver, Canada. Zoals Marianne toeleeft naar Olympische Spelen sloot ik een medaille niet uit, ware het niet dat een forse enkelblessure roet in het eten gooide. Het was onze sprintdiva niet gegund nog eenmaal tijdens een Olympische Spelen te excelleren.

Door de onfortuinlijke blessure besloot Timmer haar carrière als actieve schaatser met nog een seizoen te verlengen. Het grootse afscheid zou moeten plaatsvinden tijdens de WK-sprint van 2011 in Inzell in het zuiden van Duitsland. Wel moest Timmer zich voor die WK-sprint nog zien te plaatsen. Gisteren ondernam zij die poging en reed zij - ondanks een flinke verkoudheid - mee tijdens de NK-sprint in Heerenveen. Ze heeft het geprobeerd, maar na een 14e plaats op de 500 meter wist ook zij dat een afscheid in Inzell niet meer tot de mogelijkheden behoorde.

Die 500 meter van 27 december 2010 in Heerenveen was haar laatste race als schaatsster op topsportniveau. Zij hangt haar wedstrijdschaatsen aan de wilgen. Een imposante schaatscarrière is hiermee beëindigd. Timmertje, wat ga je nu doen? Bedankt Marianne, het ga je goed.


E.

donderdag 23 december 2010

Ik ben ziek, heel erg ziek

Ik ben ziek, heel erg ziek
Door E. 23 december 2010 ©


Beste lezer, ik heb het flink te pakken. En het zal niet lang duren voordat de helft van ons kikkerlandje het eveneens te pakken heeft. Buurlanden hebben er niet of nauwelijks last van. De besmetting lijkt de landsgrenzen niet te kunnen passeren. Ook de in Nederland wonende buitenlanders hebben veelal een immuunsysteem opgebouwd dat tegen deze infectie is opgewassen. Ik leid aan febris undecim civitas en vaccinatie is niet mogelijk. Hatsjoe!

Vanmiddag heeft Bob de Vries na ruim drie uur schaatsen de NK Marathonschaatsen op Nederlands natuurijs gewonnen. Na 100 kilometer kwam hij op de Belterwiede als eerste van een kopgroep van vier over de streep. Het was een slijtageslag op goed ijs, waarbij de (tegen)wind - die opliep tot windkracht 5 - overwonnen diende te worden. Er wordt gezegd dat dit de mooiste overwinning is voor een marathonschaatser. Op die ene tocht na dan. En dat is natuurlijk de tocht der tochten, ofwel de Elfstedentocht. En om deze column voor de Friezen ook aantrekkelijk te maken: de Âlvestêdetocht.

Ik heb dus last van Elfstedenkoorts. In 1985 werd de eerste tocht bij mijn leven gereden. Als 7-jarig jongetje zat ik aan de buis gekluisterd met warme chocomel en in 1986 was dat eveneens het geval. De editie van 1985 was de eerste uitzending van een Elfstedentocht die volledig live werd uitgezonden. Ik ben eraan verknocht geraakt. Elk jaar weer dat verlangen naar natuurijs. Vanaf mijn geboortejaar (1978) is de Elfstedentocht slechts driemaal verreden en laatstelijk in 1997. Soms lijkt hij eraan te komen, maar meestal hoop je tegen beter weten in, teleurstelling tot gevolg hebbend.

Gelukkig weet ik hoe hiermee om te gaan. Ik hou naast schaatsen namelijk ook van voetbal en ik supporter de voetbalclub uit mijn woonplaats. Ik ben inderdaad een aanhanger van Feyenoord. En Feyenoordfans weten maar al te goed hoe ze met teleurstelling om moeten gaan. Het is bij Feyenoord toch ook vaak hopen tegen beter weten in. Feyenoord is sinds mijn geboortejaar slechts driemaal landskampioen geworden - een opmerkelijke parallel met het aantal verreden Elfstedentochten. De eerste officiële Elfstedentocht werd daarnaast slechts enkele maanden na de oprichting van Feyenoord verreden.

Ik voorspel dat de Elfstedentocht begin januari 2011 weer verreden gaat worden. Op die dag geen werk voor mij, want ik zit net als in 1985 met warme chocolademelk (nu met rum) thuis voor de buis. Naarmate de kans op een tocht toeneemt, neemt ook de koorts toe. En de koorts bereikt op die ene dag het hoogtepunt. De dag erna ben ik weer beter. Mocht u op die dag geen vrij kunnen krijgen, dan belt u de baas op met de mededeling dat u een ernstige vorm van febris undecim civitas heeft opgelopen. Wedden dat u thuis mag blijven?

Hatsjoe!


E.

donderdag 9 december 2010

Zin in cultuur? Komt dat zien!

Zin in cultuur? Komt dat zien!
Door E. 9 december 2010 ©


Het is feest in Rotterdam! 9 december 2010 gaat de boeken in als dé dag dat naar buiten kwam dat er een zeer goed gefossiliseerde hyenakeutel gevonden is in de Noordzee. Hulde voor de drol. En deze keutel van 55 bij 44 millimeter wordt tentoongesteld in het Natuurhistorisch Museum te Rotterdam - in mijn woonplaats.

 ‘Onderzoek in het Natuurhistorisch Museum Rotterdam wees uit dat de lichtbruin gefossiliseerde keutel naar schatting 30.000 tot 40.000 jaar geleden werd geproduceerd door een grottenhyena (Crocuta crocuta spelaea). De perfecte fossilisatie van dit relatief jonge (Laat Pleistocene) hyena-uitwerpsel is uitzonderlijk,' aldus een woordvoerder van het museum.

De drol is in weggezogen zand gevonden, ten westen van Hoek van Holland, waar het Havenbedrijf Rotterdam zand laat opzuigen voor de aanleg van de Tweede Maasvlakte. Dat er in die periode hyena's leefden in dat gebied was al bekend. Tot 10.000 jaar geleden was daar nog geen zee en lag het gebied droog. Het was een uitgestrekte koude steppe, genaamd de Mammoetsteppe. Ik gok - maar pin me er niet op vast - dat er ook mammoeten voorkwamen. Tot mijn grote spijt lees ik dat het al bekend was dat er (grotten)hyena's in dat gebied leefden, omdat er al botten van die hyena zijn gevonden. Ik hoopte dat de drol hét bewijs zou zijn van het bestaan van de hyena in dat steppegebied - schijtbewijs. Het bestaan van die hyena was dan wel bekend, maar dat maakt de drol voor mij niet minder indrukwekkend. Het bestaan van die beesten was al bekend, maar was het ook bekend dat ze scheten? Natuurlijk wel, maar nu is er onomstotelijk bewijs.

In het persbericht stond verder dat er in dat gebied de reeds lange tijd uitgestorven steppenwisent heeft geleefd. Dat vind ik een echte openbaring, dat wist ik nog niet. Van hyena's, mammoeten en sabeltandtijgers heb ik gehoord, maar van de steppenwisent? Op de plek waar mijn huis staat, heeft vroeger waarschijnlijk een ware steppenwisent gegraasd en gescheten. Er wordt heel gewichtig gedaan over de vondst van de keutel. En terecht. Schijten is voor de meesten makkelijk en een dagelijkse bezigheid - het is niet meer dan de onverteerbare resten van het voedsel met geregelde tussenpozen als uitwerpselen via de anus uit de darm naar de buitenwereld verwijderen en zo het levenslicht te laten zien. Maar een drol in uitstekende staat in de juiste kleur voor duizenden jaren zien te bewaren, dat is echte kunst. De echte kunst van het poepen. En waar hoort kunst thuis? Inderdaad, in het museum.

Dus voor een echt cultureel uitje gaat u naar Rotterdam. U kunt er natuurlijk ook voor kiezen om naar Amsterdam te gaan; naar die burgerlijke musea zoals het Stedelijk Museum, het Van Gogh Museum of het Rijksmuseum. Daar ziet u wat verf op doeken - soms best mooi, dat geef ik toe. Maar schilderijen vervagen, verliezen kleur en moeten geregeld gerestaureerd worden. En die van Van Rijn zijn niet ouder dan 400 jaar, om nog maar te zwijgen over die van Van Gogh. De keutel der keutels is mooi lichtbruin gebleven en minimaal 30.000 jaar oud, daar kan geen schilderij tegenop. Let wel: het Natuurhistorisch Museum is op maandagen gesloten en de entree voor een volwassene bedraagt vijf euro. Kinderen tot en met 15 jaar en ouderen (65+'ers) voor de helft van de prijs en kinderen tot en met vier jaar zelfs gratis. Geen geld voor een goede keutel.

Komt dat zien!


E.

zaterdag 4 december 2010

Qut! Qatar 2022!

Qut! Qatar 2022!
Door E. 4 december 2010 ©


De internationale voetbalbond FIFA is in 1904 opgericht door de nationale bonden van Spanje, Frankrijk, Zwitserland, Zweden, Denemarken en België en Nederland. Iets om trots op te zijn? Toen nog wel. Thans zijn ruim 200 landen lid van de FIFA. En van die gehele malafide organisatie bepalen slechts 22 oude mannen in grijze pakken welke landen de WK's toegewezen krijgen.

Zelf ben ik een groot voetbalfan en hou ik van het gecompliceerde spelletje. Vooral hou ik van de lessen die je leert als je van jongs af aan lid bent van een voetbalvereniging: winnen, verliezen, samenspelen, voor elkaar opkomen, vriendschappen sluiten. Voetbal heeft wel degelijk een opvoedende taak. Dit zal natuurlijk ook wel opgaan voor bijvoorbeeld de hockeysport, maar dat is nu eenmaal een sport waar ik geen ruk aan vind, sowieso niet om naar te kijken (maar dat is weer een héél ander verhaal).

Als Rotterdammer juich ik (soms...) voor Feyenoord, maar ik kan ook genieten van andere voetbalclubs en -verenigingen. En natuurlijk zijn er de uitzonderingen de die regels bevestigen; zo heb je op en rond de velden bepaalde randverschijnselen die er niet thuis horen, zoals de nodige malloten die er rondlopen om tegenstanders en scheidsrechters te molesteren. Maar het allergrootste nadeel van het voetbal - en dan met name het betaalde voetbal - is de fucking FIFA, door velen al gekscherend de MAFIFA genoemd.

Dat de FIFA het voetbal nog verder wil mondialiseren is nog wel te begrijpen. In dat licht bezien kan ik de keuze voor Rusland als organisator van het WK 2018 nog wel billijken (alhoewel ik bij deze keuze ook de nodige kanttekeningen zou kunnen plaatsen). Dat land heeft tenminste nog een voetbalcultuur. Het WK kan een extra boost zijn voor de verdere groei van de voetbalsport in Rusland. Dat er twee steden zijn die dik 3000 kilometer van elkaar liggen, soit. Maar het WK van 2022 in Qatar? Oké, het WK is daar in de buurt nog nooit gehouden, maar met mondialiseren heeft het weinig van doen. Mondialisering wordt niet uitsluitend door de locatie bepaald.

Een Arabisch schiereiland dat op een grote wereldkaart nog kleiner is dan een postzegel (vier keer kleiner dan ons kikkerlandje). Dat scheelt veel gereis voor de deelnemende landenteams, maar er moeten nog wel negen nieuwe stadions worden gebouwd en drie worden er volledig gerenoveerd. Omdat de temperatuur in de zomer kan oplopen tot 45 graden moeten alle stadions tot 20 graden gekoeld worden - en datzelfde geldt voor de trainingsaccommodaties. Na het WK worden de stadions afgebroken omdat het nut ervan is verdwenen. De stadions worden dan eventueel in delen naar Afrika verscheept. Wat Afrikaanse landen in godsnaam met die stadions aanmoeten, is mij ontgaan.

Een voetbaltraditie heeft Qatar niet en die zal er na het WK ook niet komen - eigenlijk ontbreekt de sportcultuur in die zandbak in zijn geheel. Er wonen slechts een miljoen mensen in het oliestaatje, waarvan het merendeel niets met voetbal opheeft. Waarom dan toch een WK in dat kale woestijnlandschap? Er is maar een antwoord mogelijk (of eigenlijk drie): geld, geld, geld. Dat is het enige waar Blatter, de FIFA-baas die vrouwen in oranjejurkjes laat oppakken en vastzetten, daadwerkelijk om geeft. De FIFA is een autocratie met als doel zelfverrijking, waarbij een dictator in de persoon van Blatter aan het hoofd staat. Een man die zijn geboorteland - altijd neutraal gebleven - te schande maakt. En het allerergste is dat de man volgend jaar waarschijnlijk voor nog een termijn herkozen zal worden? Waarom? Ik weet het wel.

Tijdens het EK 2000 in België en Nederland heb ik genoten van het voetbal en van de sfeer in de stad. Dit toernooi werd echter georganiseerd door de UEFA, de Europese voetbalbond. Het toernooi is kleiner en ik heb stellig het idee dat de UEFA minder gevoelig is voor omkoping dan Blatter en zijn vriendjes. Om het netjes te zeggen: de 22 stemmende FIFA-mannen zijn zéér gevoelig voor financiële prikkels... Wellicht is het een oplossing om de toewijzing van een WK in het vervolg over te laten aan een nog op te starten onafhankelijk comité. De uitwerking daarvan laat ik dan aan anderen over. Of is er wellicht een andere oplossing te bedenken om corruptie tegen te gaan? Misschien bestaat er helemaal geen oplossing als er zo veel geld mee is gemoeid. Of ben ik dan te cynisch?

Door de praktijken van de huidige FIFA was ik er al geen voorstander van om het WK 2018 naar België en Nederland te halen. Maar gelukkig hebben we wel het WK van 2014 binnengehaald.

Hockey wel te verstaan...


E.